Op 27 oktober werd in de gemeenteraadscommissie Bouwen en Wonen de Voortgangsrapportage Woonvisie editie 2020 besproken. Recht op de stad en veertien bewoners uit verschillende buurten spraken tijdens de commissie in en uitten hun zorgen over het huidige woonbeleid.

Namens Recht op de stad verzochten Gwen van Eijk en Elizabeth Poot de commissie en de wethouder om de Woonvisie te herzien, te stoppen met lopende herstructureringsprojecten en het verder verkleinen van de sociale woningvoorraad, en volwaardige zeggenschap voor bewoners te regelen.

De Woonvisie kijkt dus niet naar wat er nodig is om de huidige en toekomstige Rotterdammers te huisvesten, maar zet beleid in om een ideaalplaatje van de Rotterdamse bevolking na te streven. Dit beleid brengt doelbewust betaalbare huisvesting voor mensen met een laag inkomen in gevaar.

Het recht op huisvesting betekent dat de overheid in haar woonbeleid juist extra aandacht moet hebben voor de huisvesting van kwetsbare groepen, waaronder mensen die dakloos zijn of dreigen dakloos te worden, mensen met een laag inkomen die zijn aangewezen op de sociale sector, mensen met een beperking en ouderen. Woonbeleid dat tot doel heeft om het aantal betaalbare woningen te verminderen, zoals de Woonvisie beoogt, staat daar juist lijnrecht tegenover.

Uit de Voortgangsrapportage over 2020 blijkt dat het aantal woningen in de sociale sector veel sneller afneemt dan verwacht en dat het doel – namelijk: 60% sociale woningen in 2030 – nu al is bereikt. De prijsontwikkelingen in de particuliere huursector zijn daarin nog niet eens meegenomen, terwijl alle signalen wijzen op enorme huurprijsstijgingen en het beleid daar maar beperkt iets aan kan doen.

Daarmee is het streefgetal uit de Woonvisie voor 2030 nu al volledig gehaald. Het grootste deel van de daling komt door de particuliere sector, koop en huur. Daarmee wordt weer eens bewezen hoe weinig grip de gemeente op deze woningvoorraad heeft.

Misschien biedt dit meer kansen voor de zogenaamde middeninkomens. In elk geval wordt het voor de lagere inkomens en starters steeds moeilijker om een huis in Rotterdam te vinden en dat is wel de groep waar onze stedelijke samenleving  op draait, zoals in de supermarkt, het openbaar vervoer, pakjesbezorgers etc. etc.

Nu verder gaan met het verkleinen van de goedkope woningvoorraad brengt de beschikbaarheid van betaalbare woningen voor lage inkomensgroepen verder in gevaar. Dit alleen zou reden genoeg moeten zijn om de Woonvisie nu te herzien en de geplande vermindering van de sociale voorraad op te schorten.

Wij spraken ook onze zorgen uit over de geheime afspraken die de gemeente maakt met de grote woningcorporaties over de vermindering van de sociale voorraad in 19 wijken, zoals in de afgelopen weken werd onthuld door Dagblad010.

Deze geheimzinnigheid over plannen is een serieuze ondermijning van elke poging om zeggenschap te regelen. Hoe kunnen bewoners meepraten en meebeslissen over plannen voor hun buurt als er geheime afspraken worden gemaakt?

Ook veertien bewoners uit de Tweebosbuurt, Wielewaal, Patrimonium’s hof, Pompenburg, Oostervantkwartier, HKT-blok en de Fazantstraat vertelden hun verhaal aan de BWB-commissie. Alle inspreekteksten zijn op de website van de gemeenteraad na te lezen (zie onder 2.05 alle stukken die betrekking hebben op de Voortgangsrapportage Woonvisie).

Wethouder Kurvers is niet voornemens de Woonvisie te weigeren, ook al gaf hij toe dat jaren geleden niet voorzien was dat de Rotterdamse woningmarkt zich zo zou ontwikkelen. We hopen dat onze bijdragen reden zijn voor een verdere inhoudelijke discussie in de komende gemeenteraadsvergadering over de Woonvisie en dat raadsleden tot de conclusie komen dat de Woonvisie voor 2030 tussentijds moet worden herzien.