Recht op de stad

Het betere plan voor wonen in Rotterdam

Stedelijk Sociaal Statuut Rotterdam

Handtekeningen van alle stakeholders. Foto Roland Huguenin

Basisrechten van bewoners bij renovatie en sloop/nieuwbouw
Na drie jaar, vele vergaderuren, discussies, moeilijke én goede gesprekken, stoppen en opnieuw beginnen, hebben gemeente Rotterdam, de Rotterdamse woningcorporaties en de huurdersorganisaties van de 5 grootste corporaties op 18 december het Stedelijk Sociaal Statuut ondertekend. Een document met “afspraken over de manier waarop bewoners, gemeente en woningcorporatie met elkaar samenwerken bij het ontwikkelen en uitvoeren van renovatie en sloop/nieuwbouwprojecten”. Groot onderhoud valt erbuiten. Naast praktische zaken zoals financiële vergoedingen, herhuisvesting en huur, is in het Sociaal Statuut vastgelegd op welke wijze overlegd wordt met de bewoners.

Het zijn compromissen, soms zwaar bevochten compromissen, blijkt uit een gesprek met Laurie Hermanns, voorzitter van de Klantenraad van Woonstad Rotterdam. Ze is blij dat er nu iets ligt waar mensen zich op kunnen beroepen, maar er zitten voor bewoners ook pijnpunten in.

Wel meepraten, niet meebeslissen over de belangrijkste zaken
Er is in het Sociaal Statuut minitieus vastgelegd wat bewoners wel en niet te zeggen hebben in de drie fases van een renovatie- en sloopnieuwbouwproject. De oriëntatiefase, waarin uiteindelijk wordt vastgelegd wat er met de woningen gaat gebeuren: wordt het groot onderhoud of renovatie met behoud van huurcontract of wordt het sloop/nieuwbouw met beëindiging van huurcontract? De ontwikkelfase, waarin de plannen voor renovatie of sloop/nieuwbouw worden uitgewerkt. De realisatiefase, waarin de plannen worden uitgevoerd. De oriëntatiefase begint met een ‘woononderzoek’, dat meestal zal bestaan uit individuele huisbezoeken bij bewoners. Het voordeel daarvan is dat mensen vrijuit vanuit hun eigen situatie kunnen praten. Het nadeel is dat bewoners geen overzicht en inzicht krijgen in de verschillende manieren waarop je als bewoner naar de toekomst van de woningen, straat en wijk kunt kijken. Afhankelijk van de staat van de woning, de woonsituatie, leeftijd, binding met de buurt, toekomstplannen, financiële situatie, technische kennis etc.. Veel hangt af van hoe het gesprek én de eindrapportage door de (al of niet ingehuurde) medewerkers van de woningcorporatie wordt ingestoken. De bewoners hebben daar geen stem in; volgens het afgesproken stappenplan in het sociaal statuut wordt de medezeggenschap pas na dit woononderzoek georganiseerd. Uiteindelijk mogen bewoners in deze fase meepraten en adviseren, maar niet mee beslissen. De beslissing over wat er met de woningen gaat gebeuren, wordt genomen door het bestuur van de woningcorporatie of de VVE.

Chantal Zeegers, wethouder Klimaat, Bouwen en Wonen. Foto Roland Huguenin

Recht op terugkeer in de buurt
Huurders van woningen die gesloopt gaan worden, mogen zelf met urgentie zoeken naar een nieuwe woning via Woonnet Rijnmond. Zo nodig doet de corporatie maximaal drie keer een aanbod voor een andere woning, passend bij de woonbehoefte en de leefwijze van de huurder (directe bemiddeling). Als hun inkomen wettelijk te hoog is voor een sociale huurwoning kan door de corporaties gebruik gemaakt worden van de wettelijke 10% ruimte voor hogere inkomensgroepen in de sociale woningbouw.

Een mooi resultaat is dat het vernederende concept ‘Wijken in Balans’ van tafel is. Er is vastgelegd dat bewoners bij sloop/nieuwbouw terug kunnen keren naar hun buurt. Het bepalen wat de “buurt” is, is onderdeel van het Sociaal plan dat bij ieder project in overleg tussen bewoners en corporaties wordt opgesteld. Daarbij wordt rekening gehouden met de natuurlijke grenzen van een wijk. Bewoners hebben dus geen recht op terugkeer op hun oude adres of straat. Dat is de sociale pijn; of dat kan het zijn, met name voor mensen die al lang met en naast elkaar wonen en voor wie de mensen in de straat een belangrijk sociaal netwerk zijn.

De spijtoptantenregeling
Winstpunt van dit Sociaal Statuut is de spijtoptantenregeling. Huurders die eerder besloten om een andere woning buiten de buurt te aanvaarden, maar die hier – om wat voor reden dan ook -spijt van krijgen, kunnen via de spijtoptantenregeling opnieuw naar hun oude buurt verhuizen. Op basis van individuele woonwensen en specifieke omstandigheden spant de verhuurder zich samen met huurder in om een passende oplossing te bieden. Huurders moeten een aanvraag voor de spijtoptantenregeling doen binnen een periode van 24 maanden ná de datum van de verhuizing. Spijtoptanten krijgen directe bemiddeling.

Geen huurgarantie
Er is bij sloop/nieuwbouw geen recht op behoud van de oude huurovereenkomst. Het oude huurcontract wordt beëindigd en bij herhuisvesting wordt een nieuw huurcontract opgemaakt. Dat is met name voor bewoners zonder recht op huurtoeslag een financiële tegenslag. Ze krijgen bij een hogere huur van hun nieuwe woning, en dat zal vermoedelijk bijna altijd het geval zijn, een tijdelijke, in drie jaar aflopende, korting van maximaal € 150 als huurgewenning.

Presentatie Stedelijk Sociaal Statuut in het Gemaal op Zuid. Foto Roland Huguenin

Voorzichtig uitproberen van onafhankelijke professionele ondersteuning van bewoners
Zeggenschap van bewoners kan niet zonder (onafhankelijke) professionele ondersteuning: mensen met bouwkundige, technische kennis; en mensen die weten hoe ze bewoners samen kunnen brengen en ruimte kunnen scheppen voor verschillende standpunten; en die ervoor kunnen zorgen dat actieve bewoners het volhouden. We weten van stadsvernieuwing 1.0 hoe het werkt en hoe je dat kan organiseren. Het Sociaal Statuut is op dit belangrijke punt teleurstellend, of zoals Laurie Hermanns het benoemt: het is een compromis van een compromis. Een stevige organisatie van professionele bewonersondersteuners, zoals bijvoorbeeld Amsterdam heeft, zat er sowieso niet in. Maar een platform van bewonersondersteuners en de afspraak dat bij renovatie- en sloop/nieuwbouw bewoners altijd een beroep kunnen doen op professionele ondersteuning haalden het ook niet. We moeten het doen met drie pilotprojecten met professionele ondersteuning, die geëvalueerd zullen worden door de Veldacademie. De gemeente gaat een lijst opstellen van zzp-ers waaruit gekozen kan worden.

Is dat het dan? Hoe nu verder?
Laurie Hermanns hoopt dat bewoners in de praktijk hun positie kunnen verstevigen via maatwerk per project. Als hulpmiddel daarvoor zijn bij het Sociaal Statuut drie checklists gevoegd. Een voor het opstellen van het participatieplan, een voor het formuleren en beoordelen van het voorkeursscenario (dus wat de woningcorporatie uiteindelijk wil gaan doen) en een voor het opstellen van het sociaal plan voor bewoners. Het zou natuurlijk mooi zijn als bewonersgroepen van elkaar weten hoe ver ze daarin zijn gekomen. Dus wat daarin mogelijk blijkt te zijn. Daarbij kan je denken aan een databank van afgesproken projectplannen, maar ook aan overleggen tussen bewonersgroepen in de wijk of stad over specifieke thema’s. Een nuttige klus voor een organisatie van professionele bewonersondersteuning. Maar die krijgen we dus (voorlopig) niet in Rotterdam. Zou Recht op de Stad daar, in samenwerking met het GOH (het Gemeenschappelijk Overleg van Huurdersorganisaties in Rotterdam), het voortouw in kunnen nemen?
Joke van der Zwaard

Groepsportret van alle stakeholders. Foto Roland Huguenin

 

M4H in de maak – stadsgesprek over coöperatief bouwen en wonen

[screenshot KeileCollectief]

Donderdag 12 December 19:30 – 23:00
Keilepand – Keilestraat 9F, 3029 BP Rotterdam

In Nederland is, gedreven door gemeenschapszin en betaalbaarheid, een sterke groei waarneembaar van coöperatief bouwen en wonen. Onder andere initiatieven in de steden Utrecht, Almere, Groningen, Amsterdam en Breda nemen daar het voortouw in. Er zijn ook veel Rotterdammers die in hun stad graag een wooncoöperatie willen starten, om op die manier samen met anderen hun eigen woondromen te kunnen vormgeven.

Ondertussen wordt er op het ministerie BZK in Den Haag hard gewerkt aan het opstarten van het Nationaal Fonds Wooncoöperaties, waarvoor door het vorige kabinet nog een bedrag van €40 miljoen is gereserveerd. Dit fonds moet een financiële stimulans geven aan de start en realisatie van wooncoöperaties in het land.

Tijdens deze derde aflevering van de serie ‘M4H in de maak ’worden plenair een aantal inspirerende voorbeelden van coöperatief bouwen en wonen gepresenteerd en gaan we in gesprek over hoe een wooncoöperatie tot stand te brengen.

Clemens Mol (Stichting !WOON) neemt ons mee in het ontwikkelproces met de presentatie van het Handboek Wooncoöperaties Amsterdam en geeft een update over de ontwikkelingen rond het Nationaal Fonds Wooncoöperaties, dat begin volgend jaar beschikbaar moet komen.

Architect/auteur Marieke Kums (Studio Maks) geeft ons aan de hand van specifieke Duitse praktijken een eerste inkijkje in het binnenkort te verschijnen boek ‘De architectuur van wooncoöperaties’.

Tjeerd Haccou (Space & Matter) is aanwezig om te vertellen over de werkwijze van Crowdbuilding, een methode om met een groep samen betaalbare droomwoningen te realiseren.

In het tweede deel van de avond worden in kleine groepen aan tafels met de aanwezigen diverse ambities en praktijken ontrafelt en besproken om tot de kern van de zaak en manieren van aanpak te komen. En gaan we samen met ervaringsdeskundigen – Koos Kok/bureau MASSA, Endry van Velzen/De Nijl Architecten, Roland Huguenin /wooncoöperatie Woonhof Wielewaal en MaryLou van den Berg/Coöperatie Zoutziederstraat – op zoek naar kantelpunten, om ook in Rotterdam daadwerkelijk te komen tot de realisatie van collectief bouwen en wonen en in het bijzonder de eerste wooncoöperaties.

Deze sessie wordt gemodereerd door Arie Lengkeek – auteur ‘Operatie Wooncoöperatie : uit de wooncrises door gemeenschappelijk bezit’ en voormalig bestuurslid Rotterdams Woongenootschap – en is grotendeels interactief, waarbij de essentiële (voor)waarden, principes en kwaliteiten van coöperatief ontwikkelen, bouwen en wonen centraal staan.

Ticketlink

Programma
19.30 – 19.35 Introductie door Arie Lengkeek
19.35 – 19.45 Presentatie ‘Handboek Wooncoöperaties’, Clemens Mol
19.45 – 19.55 Inleiding ‘De Architectuur van Wooncoöperatie’, Marieke Kums
19.55 – 20.05 Uitleg werkwijze crowdbuilding, Tjeerd Haccou
20.05 – 20.15 Breakout-sessies
20.15 – 21.00 In gesprek over concrete werkwijze, met sprekers en ervaringsdeskundigen
21.00 – 21.30 Dialoog over randvoorwaarden/kantelpunt in Rotterdam (afsluiting)
21.30 – 23.00 Borrel

Onderdeel van programmareeks ‘M4H in de maak’.

‘M4H in de maak’ koppelt de gebiedsontwikkeling van M4H, en het Keilekwartier in het bijzonder, aan de grote maatschappelijke opgaven, zoals energietransitie, klimaatadaptatie, circulariteit en gemeenschapszin. Dit in de overtuiging daarmee een inspirerende bijdrage te leveren aan de planvorming en realisatie van het gehele M4H-gebied, een bredere dialoog in de bouwketen en het verbinden van de domeinen fysiek en sociaal. Met kennisdeling en kruisbestuiving draagt het programma bij aan de versnelling van kennisontwikkeling en daarmee aan een gezamenlijk gedragen en circulaire toekomst.

Partners – Voor deze nieuwe programmareeks werken we samen met de partners uit de Gebiedscoöperatie Keilekwartier (in oprichting), Architectuur Instituut Rotterdam (AIR) en is financieel mede mogelijk gemaakt door de Gemeente Rotterdam.

In Rotterdam géén bed, bad en brood per 1 januari 2025

 

Demonstratie 10 november 2024, Coolsingel Rotterdam, fotocredits Bond Precaire Woonvormen Rotterdam

Voortbestaan coalitie belangrijker dan mensenlevens
Op 1 januari 2025 stopt de pilot Landelijke Vreemdelingenvoorzieningen (LVV) waar Rotterdam en vier andere gemeenten (Amsterdam, Utrecht, Groningen en Eindhoven) aan meewerkten. De LVV-regeling was een vervanging voor de in 2014 plaatselijk opgezette Bed-bad-broodregelingen (BBB) voor ongedocumenteerde mensen.  Als enige van de vijf deelnemende gemeenten zal Rotterdam een lokale voortzetting van de LVV niet financieren. Dit betekent dat de 45 mensen die nu gebruik maken van de LVV per 1 januari op straat staan.

Coalitieakkoord
Toen de gemeente Rotterdam eind september de concept-begroting voor 2025 bekend maakte, werd duidelijk dat er geen financiering voor een Bed-bad-brood-regeling zou komen. De reden? In het coalitieakkoord van 2022 was nu eenmaal afgesproken dat als het Rijk zou stoppen met de LVV-regeling, Rotterdam daar niet voor eigen rekening mee zou doorgaan.
Nu kan er in twee jaar tijd veel veranderen en dat geldt zeker voor onze stad. Het aantal dakloze mensen is enorm toegenomen maar het aantal opvangmogelijkheden, laat staan het aantal voor hen betaalbare huurwoningen, beslist niet. Het is zelfs al bijna ‘normaal’ dat er regelmatig op straat slapende dakloze mensen dit letterlijk niet overleven. Een gemeentebestuur dat begaan is met álle inwoners zou dan nog eens kritisch kijken of de afspraken uit het coalitieakkoord niet zijn ingehaald door de actualiteit. In Rotterdam was dat toch teveel gevraagd.
Van VVD en Leefbaar Rotterdam werd niet anders verwacht dan dat zij zouden blijven vasthouden aan de afspraken over de LVV, maar dat zelfs DENK en D66 de continuïteit van de coalitie belangrijker bleken te vinden dan de levens van de meest kwetsbare mensen in onze stad, was voor velen een grote teleurstelling.

Grote verontwaardiging
De behandeling van de concept-begroting 2025 in de gemeenteraad maakte liet er geen misverstand over bestaan dat zowel D66 als DENK niet verder wilden gaan dan het zoeken van een oplossing voor de 10 meest kwetsbare mensen die momenteel gebruik maken van de LVV in Rotterdam. Dit leidde tot grote verontwaardiging in de stad en zelfs tot aandacht in de landelijke media. In aanloop naar de definitieve stemming over het stopzetten van de LVV-regeling op 12 november is van alles geprobeerd om – met name – de raadsleden van DENK en D66 op andere gedachten te brengen.
Zo was er een druk bezochte demonstratie op 10 november met een indrukwekkende toespraak van Pauluskerkdominee Martijn van Leerdam en werd vlak voor de aanvang van de beslissende raadsvergadering door Maarten Goezinnen van Stichting ROS een door 10.000 Rotterdammers ondertekende petitie overhandigd aan het gemeentebestuur.

Eensgezind
Niets heeft de raadsleden van de coalitie op andere gedachten kunnen brengen en aan het eind van een bewogen raadsvergadering die nog verstoord werd door luidruchtige actievoerders stemde de coalitie unaniem en eensgezind voor het stopzetten van de LVV. Alle moties van de oppositie die de situatie nog enigzins hadden kunnen redden, werden weggestemd.
Het laatste woord is er echter nog niet over gesproken. Zoals de coalitie de rijen heeft gesloten, geldt dat ook voor de belangenbehartigers van de ongedocumenteerde mensen en de vele Rotterdammers die geen enkel begrip hebben voor de onmenselijke houding van het gemeentebestuur. Niet alleen zal op de voet gevolgd worden of wethouder Achbar de toezeggingen over het niet op straat zetten van de meest kwetsbare mensen nakomt, maar ook zal gezocht worden naar oplossingen voor de anderen die straks letterlijk in de kou staan en nergens heen kunnen.

Wie helpt de onverzekerden als zij ziek zijn?

Heeft iedereen die in Nederland woont of leeft recht op zorg? Via de documentaire-reeks Zembla bracht BNNVARA het lot van onverzekerden in beeld.

Bekijk de uitzending

Het kabinet wil fors bezuinigen op de zorg voor onverzekerden. En dat terwijl de laatste jaren het aantal mensen zonder zorgverzekering juist stijgt. Het gaat vaak om arbeidsmigranten die hun baan en woning verliezen, om ongedocumenteerden die geen recht hebben op een verzekering, of om Nederlanders die dakloos raken. Wie helpt deze mensen als ze een ongeluk krijgen of ziek worden?

Medische zorg is een basisrecht voor iedereen, ook als je geen verzekering hebt. Zembla volgt onder meer straatarts Michelle van Tongerloo die, vanuit de Rotterdamse Pauluskerk, hemel en aarde beweegt om voor de onverzekerden hulp te regelen. Krijgen zij de zorg waar ze recht op hebben of wordt hen de toegang tot het ziekenhuis geweigerd?

Reacties ziekenhuizen

De onverzekerden
Samenstelling en regie: Evelien Vehof
Research: Marco de Lange
Eindredactie: Odette Joosten
Uitgezonden op zondag 24 november

Samenwerking Erasmus Universiteit en Pauluskerk van start

Right to have a roof. Foto Recht op de Stad

Recht op de Stad was op donderdag 25 april 2024 aanwezig bij de officiële start van het belangrijke samenwerkingsverband tussen de Erasmus Universiteit en de Pauluskerk.
Onder het motto ‘Wonen, papieren en ontmoeten: de Erasmus Universiteit en Pauluskerk slaan de handen ineen voor uitdagingen waarmee dak- en thuisloze Rotterdammers worden geconfronteerd’ vertelden onderzoekers en studenten hoe zij de komende tijd via wetenschappelijk onderzoek en vrijwilligerswerk de leefomgeving van dakloze mensen en de hindernissen die zij ervaren, in kaart gaan brengen, en wat er op politiek en maatschappelijk gebied nodig is om mensen echt vooruit te helpen en een einde te maken aan de groeiende dakloosheid.

In aanloop naar het accorderen van de nieuwe Rotterdamse Woonvisie, organiseerden Recht op de Stad, de Rotterdamse Armoedebestrijdingsbeweging (RAB) en de Pauluskerk op 5 september 2023 een drukbezochte expertmeeting over dakloosheid in relatie tot het recht op huisvesting in de Pauluskerk.
De sprekers en de ervaringsdeskundigen ontmoetten elkaar in de kerk waar de schrijnende gevolgen van dakloosheid elke dag opnieuw zichtbaar zijn. Dat maakte indruk. Helaas niet genoeg om de aanwezige vertegenwoordigers van de Rotterdamse coalitiepartijen ertoe te bewegen het recht op huisvesting als uitgangspunt te nemen voor de nieuwe Woonvisie, maar de avond heeft er wel toe geleid dat het structureel uitbannen van dakloosheid in Rotterdam op de agenda staat en daar niet meer af gaat. Er zijn de nodige contacten gelegd en samenwerkingsverbanden ontstaan.

Niet óver mensen praten, maar mét mensen praten zal de werkwijze bij de diverse onderzoeken zijn, zo ook tijdens deze startbijeenkomst. En hoe kun je gemakkelijker contact maken door gezamenlijk te eten? Na afloop van het programma stond er een prima buffet klaar, waar we samen met de bezoekers van de Pauluskerk heerlijk van hebben gegeten.

Als betrokken maatschappelijke organisatie, levert ook Recht op de Stad een bijdrage aan de reeds lopende en komende onderzoeken. We zijn ervan overtuigd dat de vandaag gestarte samenwerking tussen de EUR en de Pauluskerk tot mooie resultaten gaat leiden waar niemand in Rotterdam omheen kan.

 

Open deur? Foto Recht op de Stad

Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald

Een tot nu toe weinig gangbare (tegel)wijsheid In Rotterdam. Illustratie Nienke Terpsma

Op 21 februari 2024 publiceerde journalistiek platform Vers Beton het artikel ‘Nieuwbouwplannen verscheuren de Pompenburgflat’. Journalisten van Onderzoekscollectief Spit spraken met alle betrokken partijen en externe deskundigen over de ontwikkeling van het ontwikkelingsproject Rise aan het Hofplein.
Naar aanleiding van dit artikel stuurden Recht op de Stad en Bewonerscommissie Behoud Pompenburg opnieuw een brandbrief aan woningcorporatie Havensteder en haar toezichthouders, waarin zij hen verzoeken om de risico’s op het gebied van verlies van maatschappelijk en volkshuisvestelijk vermogen, sociale en ecologische welvaart en aantasting van het mensenrecht op adequate huisvesting, te onderzoeken en het sloopbesluit omtrent de Pompenburgflat te herzien.

Aan het Hofplein wordt het bouwproject Rise gerealiseerd. Onderdeel van dit project is de hoogste woontoren van Europa. De Pompenburgflat (gebouwd door architect Carel Weeber) moet daarvoor worden gesloopt. Volgens experts kleven er veel economische en technische risico’s aan het project, dat bovendien veel minder betaalbare woningen oplevert dan wordt beweerd.

Om de bouw mogelijk te maken, voeren Havensteder en de gemeente als argument aan dat er veel vraag is naar nieuwe woningen. Van een werkelijk sociale missie is echter geen sprake. Het uiteindelijke ontwerp van Rise lijkt vooral ingegeven door de stedenbouwkundige wens om het Hofplein een make-over te geven én Rotterdam verder op de kaart te zetten als hoogbouwstad. Dit blijkt uit de overheidsstukken die zijn opgevraagd via de WOO.  

De bouw van Rise wordt door de markt als zeer risicovol gezien. De ervaring met dit soort megahoogbouw is in Nederland schaars (en dus duur), terwijl de markt voor dure appartementen verzadigd lijkt. 

Het artikel in Vers Beton speelt ook in op de benarde positie van bewoners die bloot staan aan een murw-beukend communicatieproces, manipulatie met feiten en de conclusie dat betrokken partijen een maatschappelijke wanprestatie dreigen te gaan leveren met het uitvoeren van project Rise.

Ernstige schade is al geleden: de ooit zo harmonieuze sfeer in de karakteristieke Pompenburgflat heeft de laatste jaren plaats gemaakt voor afstand en onderling wantrouwen tussen de bewoners.

Naar aanleiding van dit artikel heeft Recht op de Stad in samenspraak met de Bewonerscommissie Behoud Pompenburg, opnieuw brandbrieven gestuurd aan Havensteder en haar toezichthouders, waarin wij hen confronteren met de financiële en technische risico’s van sloop-nieuwbouw en de enorme milieu- en klimaatschade die dat tot gevolg heeft.
Ook vragen wij Havensteder en haar toezichthouders goed te kijken naar het volkshuisvestelijke belang en hun verantwoordelijkheden met betrekking tot het mensenrecht op adequate huisvesting. Naar onze mening zijn de volkshuisvesting en het recht op huisvesting niet gediend met sloop van de Pompenburgflat.
In de brief pleiten wij voor minder ingrijpende alternatieven die beschikbaar zijn om bij het Hofplein woningen toe te voegen in het bestaande gebouwencomplex. Die alternatieven leveren tijdwinst op en creëren aanmerkelijk betere uitgangspunten voor vergroening en verduurzaming.

Behoud van maatschappelijke en cultuurhistorische waarden, transformatie en verrijking van bestaande bouw, zouden uitgangspunten moeten zijn bij stedelijke vernieuwing.

Belangrijk in deze context is de verantwoordelijkheid die de woningcorporatie heeft binnen haar maatschappelijke taak. Vernietiging van 226 kwalitatief goede sociale huurwoningen met energielabel A, maatschappelijk vastgoed ter waarde van 60-70 miljoen euro, valt niet te rijmen met de woon- en klimaatcrisis.
Ook voor de gemeente Rotterdam zou de huidige norm in bouwen moeten zijn dat er alleen wordt gesloopt als dat absoluut noodzakelijk is. Behoud van maatschappelijke en cultuurhistorische waarden, transformatie en verrijking van bestaande bouw, zouden uitgangspunten moeten zijn bij stedelijke vernieuwing.

Zeker na de ‘geleerde lessen’ uit het voor veel bewoners traumatiserende drama als gevolg van de overhaaste sloop van de Tweebosbuurt. De VN-rapporteur voor het recht op adequate huisvesting waarschuwde destijds voor schending van het recht op adequate huisvesting en andere rechten door het Rotterdamse woonbeleid. In december deed VN-rapporteur Balakrishnan Rajagopal opnieuw onderzoek in Nederland en bezocht hij onder andere de Pompenburgflat. Op 28 februari  werd zijn rapport  door de VN gepubliceerd. De conclusies daarin zijn stuitend: de woningnood en de negatieve gevolgen daarvan zijn een direct gevolg van beleid.
Met Rise kiest de gemeente echter opnieuw voor sloop van sociale huurwoningen, sloop van een gemeenschap en een onaanvaardbare traumatiserende inbreuk op het thuis en de levenssfeer van honderden Rotterdammers.

Deze oproep aan Havensteder en haar toezichthouders wordt ondersteund door Stichting Rotterdam Natuurlijk!, Extinction Rebellion Rotterdam, Bond Precaire Woonvormen Rotterdam en Woonopstand.

 

Verder lezen
In de afgelopen jaren werd er veelvuldig gepubliceerd over het project Rise, de Pompenburgflat, de impact van sloop en een veranderende visie op stedelijke vernieuwing. Hier een beknopt overzicht van opinies, onderzoek en adviezen. Raadpleeg ook Verdieping op deze site.

Bram Logger, Parcival Weijnen (2024, 21 februari). Nieuwbouwplannen verscheuren de Pompenburgflat. Vers Beton.

Anton Slotboom (2024, 30 januari). Rotterdam gaat de hoogte in, maar voor wie? ‘Deze skyline is een staafdiagram voor ongelijkheid.’ Trouw.

De 22e eeuw begint nu : zestien adviezen voor een waardevolle leefomgeving : ‘het hoeft niet groter en meer, het moet anders en beter’ (2023, augustus). College van Rijksadviseurs. PDF. Advies 11: sloop als het echt niet anders kan.

Kirsten Hannema (2023, 14 maart). Hoe bouw je een betere stad? Niet door te slopen, maar door slim te verbouwen. Volkskrant.

Iffet Subaşı (2023, 28 februari). Havensteder hakt knoop door: Pompenburgflat wordt definitief gesloopt voor luxe hoogbouw. AD.

Peter Hendriks (2023, 10 januari). De Rotterdamse Pompenburgflat moet wijken voor wolkenkrabbers. Follow the Money.

Peter Groenendijk (2022, 21 december). Dit woongebouw in hartje Rotterdam moet wijken voor mega-hoogbouw: ‘We schrokken ons kapot’. AD.

Frank de Kruif (2022, 16 december). Hoe bouwen we verder/hoger zonder mensen weg te jagen?. NRC.

Joosje van Geest (2022, 17 november). Behoud de Pompenburgflat als beeldbepalend erfgoed van na 1965. Vers Beton.

Antti Liukku (2022, 9 september) Er is weinig behoefte aan luxe en dure woningen, toch worden ze massaal gebouwd in Rotterdam. AD.

Peter Hendriks (2022, 28 augustus). Hoogleraar renovatie: ‘jaarlijks duizenden goede woningen slopen in ruil voor nieuwbouw is idioot’. Follow the Money. Volgens André Thomsen kun je de levensduur van woningen met een goede aanpak eindeloos rekken. Hij pleit daarom voor een moratorium op sloop.

Kirsten Hannema (2022, 26 mei). De torens in Rotterdam worden talrijker en nóg hoger. Wat doet dat met het leefklimaat? Volkskrant.

Frank de Kruif (2022, 9 november). Vooral de dure woningbouw loopt vast in Rotterdam. NRC.

Jasper Monster (2021, 11 oktober). Hoe hoger de wolkenkrabber, hoe groter de schade voor het milieu. Gebiedsontwikkeling.nu.

Antti Liukku (2021, 6 oktober). Extra sociale woningen in controversiële hoogbouw aan het Hofplein. AD.

Angelique Mulders (2021, 3 januari). Powerhouse Company ontwerpt hoogste toren van de stad – die van 250 meter aan het Hofplein. AD.

Frank de Kruif (2022, 27 januari). De niet-aflatende strijd tegen de sloop van de Pompenburgflat in het centrum van Rotterdam. NRC.

Antti Liukku (2019, 16 oktober). Skyline Rotterdam nog hoger: voor één project moet zelfs een sociaal woonblok wijken. AD.

Ronald Rovers (2019, 18 mei). Hoogbouw: nergens goed voor. Visies, concepten en verkenningen mbt volhoudbaarheid. Link.

Eppo König (2018, 15 november). College Rotterdam wil meer hoogbouw. NRC.

Geert Maarse (2016, 24 november). Jaagt Rotterdam de armen weg?. Erasmus Magazine.

Sara Klaverdijk (2016, 5 november). Rotterdam sloopt huizen en sociale cohesie in een moeite door. Sociale Vraagstukken.

Marcel van Engelen (2015, 31 oktober) Gentrificatie: nu is Rotterdam aan de beurt. VN.

Paul Groenendijk. Wederafbraak. Platform wederopbouw Rotterdam.

Rise. Rotterdam Natuurlijk!.

Woongebouw Pompenburg. Post 65 Rotterdam.

 

De nieuwe Rotterdamse Woonvisie

Demonstrant voor de entree van het Rotterdamse stadhuis. Foto Joke Schot.

Op 14 maart nam de gemeenteraad de nieuwe Woonvisie aan. Dat is slecht nieuws voor de meeste Rotterdammers en daarmee een gemiste kans om de woon/betaalbaarheidscrisis op te lossen. De enorme wachtlijsten voor sociale huurwoningen zullen nog langer worden, en daardoor de huurprijzen in de particuliere sector nog hoger.

Joke van der Zwaard

Onder het nieuwe motto ‘wijken voor iedereen’, handig gepikt van de critici van het Rotterdamse woonbeleid, schemert het oude motto ‘wijken in balans’ door; en de staande praktijk om wel sociale huurwoningen weg te halen maar ze niet ergens anders bij te bouwen.

En krijgen bewoners wat te zeggen? Nauwelijks, mooie woorden over ‘samen’ maar standvastige onwil om dat ook mogelijk te maken. Voor de 86.000 actieve woningzoekers in Rotterdam, plus de vele zichtbare en onzichtbare daklozen biedt deze Woonvisie geen enkel perspectief.

Recht op de Stad en alle andere organisaties die zich hebben ingezet voor een beter en socialer woonbeleid in Rotterdam, zijn teleurgesteld en boos. Lichtpuntje: mensen en organisaties hebben elkaar ook gevonden rondom de kwestie van de volkshuisvesting. Daar zal Rotterdam het de komende tijd van moeten hebben.

Het grote tekort aan betaalbare woningen wordt bewust niet opgelost
Laten we beginnen met het goede nieuws: in de nieuwe Woonvisie staat niet meer dat 20.000 sociale huurwoningen moeten verdwijnen uit Rotterdam; het aantal moet ‘op peil’ blijven. Echter, er zijn nu al 86.000 actieve woningzoekers in de sociale huursector, de gemiddelde wachttijd is 5,5 jaar. En dat is niet zo gek: 61% van de Rotterdammers heeft een inkomen van maximaal 50.000 euro, terwijl slechts 37,7% van het huidige woningvoorraad in het sociale segment valt.

De wethouder komt uit op iets minder dan 50%, maar zij rekent dan ook 10% van de woningen in de vrije sector mee. Woningcorporaties en diverse partijen protesteerden tegen deze verbreding van de definitie van ‘sociale huurwoningen’, want er is geen enkele greep op de huurprijzen en op de woningtoewijzing van deze woningen. Om die kritiek te omzeilen staat er ‘potentiële sociale huurwoningen’, maar intussen worden ze wel meegerekend als sociale huurwoningen.

Door de Woonvisie aan te nemen koos een meerderheid van de gemeenteraad om niets aan deze wooncrisis c.q. betaalbaarheidscrisis te doen. En erger nog. Omdat de bevolking van Rotterdam de komende jaren blijft groeien, ook met mensen die minder dan 50.000 euro per jaar verdienen, zal dat probleem alleen maar groter worden. Omdat mensen noodgedwongen uitwijken naar de particuliere huursector zullen daar de huren nog meer stijgen.

Op dit moment is 85% van de particuliere huurwoningen in Rotterdam € 190 te duur, uitgaande van een betaalbare huurquote van 30%, zo rekende Sanne van Manen van het Platform voor de Woonopgave ons voor tijdens het ‘Stadsgesprek Betaalbaar Wonen’ op 7 maart. Let wel, zei ze erbij: als mensen te veel huur moeten betalen, kunnen ze minder uitgeven aan andere zaken en geen vrijwilligerswerk of andere bezigheden ten nutte van de samenleving doen.

Minister de Jonge had voor die dure particuliere huurwoningen iets bedacht: met de nieuwe wet ‘betaalbare huren’ wilde hij de huren tussen 880 en 1150 euro reguleren met een puntensysteem om de huurprijs te bepalen, aansluitend op het puntensysteem in de sociale sector. Door succesvol lobbywerk van de huisjesmelkers is die wet – al voordat hij aan de Tweede Kamer werd aangeboden – zo aangepast dat huizen makkelijk boven de reguleringsgrens kunnen vallen.

Het hardnekkige vertrouwen in de markt
Wethouder Zeegers hamert net als haar voorganger Curvers op woningaanbod voor de middeninkomens en rekent of hoopt daarvoor op ‘de markt’. Zij weet zich daarbij ondersteund door haar eigen partij D’66, maar vooral door de VVD. Dezelfde partijen die de 150% verhoging van de grondprijs voor de woningcorporaties op slinkse wijze door de gemeenteraad sleepten en daarmee voorkwamen dat er over deze kwestie kon worden ingesproken.

Volgens de VVD-woordvoerder voor wonen bouwt de markt in principe geen onbetaalbare woningen en is de woningnood onder mensen met een midden en hoog inkomen net zo groot als die onder de groep die aangewezen is op een sociale huurwoning. Dat zal dan snel opgelost zijn, want van het huidige woningaanbod in Rotterdam is 9% sociaal, 47% midden en 44% hoog en topsegment; de verdeling van inkomensgroepen is 61% tot € 50.000, 12% midden en 27% hoog.

Het is dus niet zo gek dat die dure woningen veel mensen van buiten Rotterdam aantrekken; en dan nog staat 10% leeg. VVD-ers zijn nu eenmaal niet zo betrouwbaar als het om cijfers gaat. Denk aan de zogenaamde ‘duizenden’ nareizigers van asielzoekers waarop de VVD kabinet Rutte IV liet vallen.

Wie zijn de ‘dragers van Rotterdam’?
In de gemeenteraad stemden VVD, D66, Leefbaar Rotterdam, DENK, CDA en FvD voor de Woonvisie. De VVD was de meest uitgesproken verdediger. De redenering van de woordvoerder woonzaken gaat zo: “Rotterdam heeft al extreem veel sociale huurwoningen en die hebben een aanzuigende werking op mensen met een laag inkomen, terwijl de mensen die succes hebben in het leven noodgedwongen naar Lansingerland verhuizen. Zo raken wij de ‘dragers van Rotterdam’ kwijt.”

Bij de dragers van Rotterdam horen volgens deze VVD-er dus niet de mensen die zijn huis en kantoor schoonmaken, die zijn maaltijd bezorgen en zijn pilsje tappen, de tomaten voor zijn spaghetti bolognese plukken, de kabels trekken voor zijn internetverbinding, zijn oude oma dagelijks helpen met haar steunkousen of saxofoon spelen in zijn favoriete jazzband. Of – niet te vergeten – zijn auto repareren. De VVD-ers in de commissie Bouwen en Wonen maakten zich drukker om parkeerplekken dan om betaalbare woningen.

De D66-fractie liet de verdediging van de Woonvisie aan de wethouder over. Desgevraagd zei de woordvoerder wonen van deze partij dat we tevreden moeten zijn met het schrappen van de eerdere plannen om het aantal sociale huurwoningen te verminderen. Alsof betaalbare woningen een soort aalmoesjes zijn voor het gewone volk.

Riskant kiezersbedrog
Leefbaar Rotterdam en DENK konden niet uitleggen waarom ze de voorstellen om te zorgen voor meer betaalbare woningen in Rotterdam niet ondersteunden. Dat is ook niet uit te leggen als je bedenkt wie hun kiezers zijn en wat hen is beloofd. Kiezersbedrog heet dat. Ondermijning van de democratie, kan je het ook noemen, want dit soort gedraai zet het toch al geringe vertrouwen in ‘de politiek’ op het spel. ‘Ze doen toch wat ze willen’ hoorden de mensen van Recht op de Stad vaak toen ze op de markten flyers uitdeelden met de oproep om (bewust) te gaan stemmen.

Uit de dramatisch lage opkomstcijfers bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen bleek hoe breed dat gevoel gedragen wordt in de wijken met veel bestaans- en woononzekerheid. De betekenis en het risico daarvan is bij de politici van DENK en Leefbaar Rotterdam blijkbaar niet doorgedrongen.

GroenLinks, Volt, Partij voor de Dieren, Bij1, 50Plus, CU, CDA en SP dienden tevergeefs een hele hoop moties in om het aantal betaalbare woningen in Rotterdam te vergroten; en daarmee ook iets te doen aan het probleem van de dakloosheid. Uiteindelijk bleef hen niets anders over dan tegen de Woonvisie te stemmen. Alleen het CDA deed dat niet. De Woonvisie werd aangenomen met 27 stemmen voor en 18 tegen.

‘Wijken in balans’ in een ander jasje
In de nieuwe Wijkvisie is ‘Wijken in balans’ vervangen door ‘Wijken voor iedereen’, de actieleus van protesterende bewonersgroepen en Recht op de Stad. Helaas is de intentie van de leus niet meegenomen. Het verhaal over de ‘leefbare, vitale en veerkrachtige’ wijken leunt sterk op het idee van ‘gemengde wijken. Net zoals in de vorige Woonvisie wordt dat idee naar twee kanten uitgelegd: meer dure woningen in wijken met veel sociale huurwoningen en meer sociale huurwoningen in wijken met veel dure woningen.

Tijdens de inspraakronde wezen de gezamenlijke woningcorporaties er op dat zo’n ambitie mooi staat op papier, maar dat we inmiddels weten dat het niet of nauwelijks lukt om sociale huurwoningen in de dure wijken te bouwen. Ontwikkelaars gaan daar altijd aan de haal met de grond en de opdrachten. Dus wilden ze laten vastleggen dat er gezien de lange wachtlijsten in de ‘armere’ wijken geen sociale huurwoningen mogen verdwijnen. Ook dit voorstel kreeg een negatief advies van de wethouder.

In de Woonvisie staat dat onderzocht wordt of het mogelijk is om sociale stijgers voorrang te geven bij nieuwbouwprojecten in hun wijk, zodat ‘bewoners binding behouden met hun eigen wijk’. Tegelijkertijd wordt er door de hele tekst heen een tegenstelling gemaakt tussen huidige en toekomstige bewoners. Wie zijn die toekomstige bewoners, die ook mee moeten kunnen beslissen over de toekomst van de wijk?

Niet de sociale stijgers dus, want dat zijn huidige bewoners. Ook niet de ouderen die naar een geschiktere woning willen verhuizen en hun sociale netwerk willen behouden. Ook niet de kinderen van de bewoners die eindelijk op zichzelf willen wonen. Of de kamerbewoners. Of de bewoners die nu in een voor hen veel te dure huis wonen. Zouden ze de daklozen en alle ‘urgenten’ een stem willen geven. Ik vrees van niet.

Het protest van bewoners van de Wielewaal heeft al verschillende BWB-wethouders doorstaan. Foto Joke Schot.

Ik lees hier eerder het oude idee van de ‘sterke schouders’: de import van welgesteldere en theoretisch opgeleide bewoners in wijken met veel sociale woningbouw, in. De mensen die volgens de vorige Woonvisie het sociale cement van de wijk zijn; en die veel lijken op wat de VVD de ‘dragers van de stad’ noemt. Ofwel: ‘toekomstige bewoners’ is bewust verhullend taalgebruik om het oude en omstreden beleid van ‘Wijken in balans’ door te kunnen zetten.

Over democratie gesproken
Twee jaar geleden liet de toenmalige wethouder weten dat hij werk ging maken van zeggenschap van bewoners. Geen Tweebosbuurt meer, maar stadsvernieuwing 2.0.

Van dat idee zie je weinig terug in de nieuwe Woonvisie. Ja er staat dat bewoners in een vroegtijdig stadium worden betrokken bij het maken van toekomstplannen voor de wijk. Tegelijkertijd staat in deze woonvisie niets over het creëren van de noodzakelijke voorwaarden voor bewoners om op een gelijkwaardig kennisniveau te kunnen overleggen en om daar zoveel mogelijk groepen bewoners bij te kunnen betrekken.

Zorgen voor huisvesting en professionele ondersteuning van bewonersorganisaties zit niet in deze plannen. Er staat iets over ‘benutten van bestaande overleggen’ maar desgevraagd weet de wethouder niet wat daarmee wordt bedoeld. In deze Woonvisie heeft zeggenschap niets met democratie te maken, ook niet met het idee dat bewoners iets te zeggen zouden kunnen hebben, dat ze nuttige kennis hebben; en dat je het met elkaar oneens kan zijn en daar dan uit moet proberen te komen.

Zeggenschap is in deze Woonvisie is puur instrumenteel, voor het uitvoeren van beleid. Als er problemen dreigen met bewoners dan zal de gemeente een bureau inhuren voor een informatie- en inspraaktraject.

In rijke wijken is dat niet nodig of nutteloos, want die weten de weg naar advocaten en de Raad van Staten wel te vinden; dat houd je toch niet tegen.

Zeggenschap is voor deze wethouder een beheersstrategie, een instrument om zich te verzekeren van draagvlak voor het gemeentebeleid. Bewoners mogen individueel hun mening geven in enquêtes en inloopinspraakavonden, maar zich vooral niet organiseren.

Ons als actieve, kritische en deskundige bewoners organiseren, gaan we de komende tijd natuurlijk toch doen. In de strijd voor een socialer, democratischer en effectiever woonbeleid zijn nieuwe kennisnetwerken en actiecoalities ontstaan. Daar zullen Rotterdam en alle mensen die een betaalbare woning nodig hebben het van moeten hebben.

De coalitiepartijen plus CDA en FvD hebben laten zien waar ze voor staan. Recht op de stad blijft opkomen voor de mensen die door dit rechtse beleid in de verdrukking komen. We gaan niet vijf jaar wachten op een nieuwe Woonvisie, maar blijven ruimte en medestanders zoeken voor de ontwikkeling en realisering van ideeën over hoe het ook anders, rechtvaardiger en socialer kan.

Stadsgesprek 7 maart: ‘Betaalbaar wonen: hoe dan?!’

De Rotterdamse woningmarkt is krap en de prijzen zijn hoog. De nieuwe Woonvisie, die op 14 maart 2024 wordt vastgesteld, belooft verandering. Maar hoe wordt écht betaalbaar wonen in Rotterdam gerealiseerd? Op 7 maart organiseren AIR, Platform Woonopgave, Recht op de Stad en KeileCollectief het stadsgesprek ‘Betaalbaar wonen: hoe dan?!’

Onderwerp van gesprek zijn de nieuwe Woonvisie, de knelpunten in de praktijk en mogelijke oplossingen. De avond wordt afgesloten met het aanbieden van kant-en-klare moties aan Rotterdamse gemeenteraadsleden, die ze op 14 maart kunnen indienen.

De moties hebben tot doel de Woonvisie aan te scherpen tot een sociaal en rechtvaardig woonbeleid. Alle Rotterdammers die zich betrokken voelen bij de toekomst van de Rotterdamse woningmarkt zijn welkom om deel te nemen aan het stadsgesprek op 7 maart. In panelgesprekken met experts wordt ingegaan op betaalbare huur- en koopwoningen, alternatieve woonvormen en grondbeleid. Aanwezig zijn onder meer Miriam Hoekstra (Woonstad), Hedy van den Berk (Havensteder), Arie Lengkeek (ERA-contour), Sjoerd Kuiper (gemeente Maassluis), Daan Bossuyt (Universiteit Utrecht), Sanne van Manen (Platform Woonopgave), Joke van der Zwaard (Recht op de Stad) en Keimpe de Jong voor een muzikaal intermezzo.

Over de nieuwe Woonvisie
De nieuwe Woonvisie van Rotterdam slaat duidelijk een andere richting in dan de vaak bekritiseerde vorige visie die stamt uit 2016. Sloopbeleid en een focus op hogere inkomens heeft plaatsgemaakt voor ambities als betaalbaarheid en ruimte voor middenhuur. In de Maasstad stegen de huurprijzen afgelopen jaar het hardst met maar liefst 9,6% ten opzichte van vorig jaar. Voor een koopwoning moet je landelijk inmiddels gemiddeld €418.000 neertellen, in Rotterdam is dat zelfs €490.427. Terwijl Rotterdammers gemiddeld  €15.000 onder modaal verdienen. Het is dan ook geen verrassing dat betaalbaarheid een van de belangrijkste speerpunten in de nieuwe Woonvisie is. Veelgehoorde kritiek is dat de geschetste ambities veelbelovend zijn, maar dat er weinig concrete instrumenten worden genoemd om dit te bereiken. Hoe wordt de visie vertaald naar de praktijk en specifieker, hoe wordt betaalbaar écht betaalbaar?

Stadsgesprek ‘Betaalbaar wonen: hoe dan?!’
Datum:
7 maart 2024
Tijd:
19.30 – 21.30 uur
Locatie:
Keilepand M4H, Keilestraat 9F, 3029BP Rotterdam
Aanmelden: Gratis via deze link .

foto: Marco de Swart

Opinie over nieuwe Woonvisie in Vers Beton

Mustapha Eaisaouiyen, Tweebosser en mede-initiatiefnemer van Recht op de stad, schreef voor Vers Beton een opinie over de nieuwe Woonvisie, waarover de raadscommissie Bouwen en Wonen deze week vergaderde. Volgens Mustapha maken de bijdragen van de insprekers en een aantal actuele gebeurtenissen duidelijk dat de Woonvisie zoals die er nu ligt nog steeds rammelt en nu al achterhaald is.

Hoewel in de nieuwe Woonvisie is opgenomen dat racisme bij woningtoewijzing uit den boze is, wordt er nog steeds gesproken over “meer evenwicht” in wijken en het toevoegen van (middel)dure woningen in wijken met veel sociale huur voor de nodige “sterke schouders”. Dat is nu precies het impliciete racisme waar Madeline Arkins naar verwijst in haar onderzoek: bewust of onbewust geldt de “witte Rotterdammer” als maatstaf bij beleidsmakers. Cody Hochstenbach noemt het in de aflevering van BNNVARA’s Opstandelingen over de Tweebosbuurt een blinde vlek bij de vaak hoogopgeleide beleidsmakers, die zich geen voorstelling kunnen maken van het leven in een wijk met vrijwel alleen sociale huurwoningen waar mensen uit alle windstreken met elkaar een gemeenschap vormen en elkaar ondersteunen.

Het wijken-in-balans-beleid moet niet alleen van naam veranderen, maar ook qua inhoud. Het is de hoogste tijd voor daadwerkelijke zeggenschap van bewoners als gelijkwaardige partner bij alle plannen voor hun buurt. Alleen dan kan je voorkomen dat er van bovenaf beslist wordt over wijken en buurten op basis van cijfers en denkbeelden van beleidsmakers.

Lees de hele opinie op Vers Beton.

Herstel van de relatie tussen gemeente en bewoners

Op 16 januari sprak Joke van der Zwaard, mede-initiatiefnemer van Recht op de stad, namens Aktiegroep Oude Westen in bij de raadscommissie Bouwen, Wonen en Buitenruimte over de concept-Woonvisie. Hieronder haar inspreektekst.

Aktiegroep Oude Westen komt voort uit de Stadsvernieuwing van de jaren ’70 en ’80, toen bewonersvertegenwoordigers en gemandateerde ambtenaren samen beslissingen namen over de huizen, voorzieningen en inrichting van de wijk. Ze hadden allebei 1 stem. Bewoners hadden eigen technische en sociale professionele ondersteuning.

In 1994 ontmantelde de gemeente deze democratische infrastructuur omdat de wijk af zou zijn. Daarna namen gemeente en woningcorporatie de besluiten. Als bevestiging van dit topdown-beleid schrapte wethouder Eerdmans in 2014 de subsidie voor huisvesting en professionele ondersteuning van de bewonersorganisaties. Aktiegroep Oude Westen heeft dit afbraakbeleid overleefd, omdat zij een netwerkorganisatie van bewonersinitiatieven is.[1]

Desondanks staan de bewoners compleet buiten spel bij beslissingen over woningen en wijkvoorzieningen. En dat is een probleem, zo stelde onder andere de evaluatiecommissie van het NPRZ vast. “De gemeente Rotterdam verliest geregeld het bewonersbelang uit het oog.(….) De menselijke maat moet terug in de stadsvernieuwing. (…) Er moet een nieuw bondgenootschap met bewoners komen.” [2]

Het vorige gemeentebestuur leek zich die kritiek aan te trekken. In een collegebrief van 2021 werd “Stadsvernieuwing 2.0” aangekondigd. “Waarbij samen met bewoners wordt opgetrokken om de broodnodige vernieuwing in Rotterdam samen vorm te geven”.

U snapt dat ons dat als muziek in de oren klonk. We hadden dan ook hoge verwachtingen van de nieuwe Woonvisie. Maar helaas. Zeggenschap is een vergeten hoofdstuk in dit concept. We vonden een paar vage zinnen over “een continue dialoog met de belangrijkste partijen.” En vaak: “Dat werken we de komende periode verder uit.” Volgens ons kan de gemeente het daar na drie jaar echt niet bij laten als zij het vertrouwen van Rotterdammers wil terugwinnen.

We doen daarom een beroep op u gemeenteraadsleden om deze Woonvisie aan te vullen met een krachtige en concrete paragraaf over zeggenschap van bewoners. Om u te helpen, zetten wij de belangrijkste principes op een rij op basis van inzichten uit het Stadslab Zeggenschap van Recht op de Stad en AIR, waaraan Aktiegroep Oude Westen deelnam.[3]

1. Zeggenschap van bewoners moet bij het begin beginnen: dus bij het bepalen van de agenda, niet pas als er een plan ligt. De Woonvisietekst suggereert dat alleen de gemeente en woningcorporaties het belang van de toekomstige bewoners kunnen behartigen. Heus, bewoners zijn in staat om vooruit te denken. Dat deden we 50 jaar geleden ook.

2. Het werk is in de wijk. Daar kan zeggenschap van bewoners meer worden dan vergaderingen met de usual suspects. We zien in de praktijk een voorzichtige draai in die richting. De Woonvisie moet hierin concreter en ambitieuzer zijn, inclusief de bijbehoren financiën.

3. Om een gelijkwaardige partner te zijn bij het maken van toekomstplannen voor de wijk en om te zorgen voor een breed draagvlak is onafhankelijke professionele ondersteuning van bewoners onontbeerlijk. Maak daarvoor structureel budget vrij.

4. Een andere basisvoorwaarde is een sociaal-fysieke infrastructuur van plekken waar diverse groepen bewoners elkaar kunnen tegenkomen, en waar professionals naar toe kunnen gaan om met groepen bewoners te praten. In de Woonvisietekst wordt erkend dat het gemeentelijk beleid een sociale kaalslag in de wijken heeft veroorzaakt. Leg in de Woonvisie vast dat per wijk met bewoners overlegd gaat worden welk herstel minimaal nodig zijn.

5. Een wijk is geen project. Zeggenschap vereist continuïteit, zoals ook in de Woonvisie staat. Om dat te realiseren hebben bewoners een eigen pand en eigen communicatiemiddelen nodig. Om tot uitwisseling van ervaringen en verdieping van standpunten en oplossingen te komen.[4] En om zelf initiatieven te nemen richting gemeente en andere instanties.

6. Tijdens een werksessie van het Stadslab Zeggenschap bekende een ambtenaar: “We bekijken databestanden en mailen teksten naar elkaar, zo zijn we gewend om beleid te maken. Met bewoners overleggen zit niet meer in ons systeem.” Ambtenaren zullen dus omgeschoold moeten worden tot gekwalificeerde nieuwsgierige professionals die in staat zijn om lokale capaciteiten en vragen in kaart te brengen en mee te nemen in de ontwikkeling van beleid.

Tenslotte wil ik nog een laatste woord zeggen als ontwikkelingspsycholoog, want dat ben ik ook. De afgelopen 30 jaar heeft de gemeente bewoners behandeld als onmondige kinderen en lastige pubers. De rekening voor deze vernederende benadering was: boze buurtbewoners en een dramatisch lage opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen, met name in de wijken waarin de bewoners ook nog eens weggezet worden als ongewenste kinderen.5 In de nieuwe Woonvisie kunt u de voorwaarden vastleggen voor de groei van een volwassen relatie tussen gemeente en bewoners. Grijp die kans.

Noten

1. Aan de Aktiegroep gelieerde bewonersinitiatieven zijn o.a. Ruilwinkel, wijktuin, Leeszaal Rotterdam West, Jeugdbieb West, Tuin de Bajonet, Mooi Mariadek, Duurzaamheidswerkplaats, Energiecoöperatie, Krachtvrouwen Oude Westen, Singphony, Oude Westen-tv, buurtkrant Oude Westen.

2. https://www.nprz.nl/over-nprz/onze-documenten/midterm-nprz-tot-hier-en-nu-verder. Zie daarin Pijler Wonen. Vergelijkbare kritiek kwam van de Rotterdamse Rekenkamer en van het bewonersplatform Recht op de Stad.

3. Andere uitgenodigde deelnemers waren bewoners, professionals en ambtenaren betrokken bij: Mathenesse aan de Maas, Violier-Rozemarijnstraat in Bloemhof, Fazantstraat in Carnisse en Gijzingflats in Bospolder Tussendijken. Zie voor de complete tekst over de resultaten van het Stadslab Zeggenschap Bewoners.

4. De maandelijkse Buurtkrant Oude Westen gaat haar 55e jaargang in. Daar zijn we trots op. Tegelijkertijd is het treurig dat Aktiegroep Oude Westen al tien jaar tijd moet besteden aan de strijd voor het behoud van haar huisvesting.

5. Volgens de filosoof Avishai Margalit in ‘De fatsoenlijke samenleving’ (2001) is sprake van institutionele vernedering als maatregelen/omstandigheden burgers gegronde redenen geven om zich vernederd te voelen, dat wil zeggen om zich geschaad te voelen in hun zelfrespect.

Onze visie op zeggenschap

Pagina 1 van 20

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén